Wij schrijven 1930.
De dochter van een zekere Remi Vandendriessche van de wijk steenbrugge had gebrekkige voeten. Voor vaste steun droeg ze hoge schoenen voorzien van een speciaal ijzeren apparaat. Het ongelukkige meisje kon daarmee een weinig marcheren maar niet zelden gebeurde het dat in haar schoenen ’s avonds veel bloed stond.
Ze ging in bedevaart naar Lourdes, werd er miraculeus genezen en kwam naar huis terug met een gewone lage schoenen. Sedertdien kan zij gaan lijk de beste.
Uit dankbaarheid schenkt de moeder van het meisje een beeld van O. L. Vrouw van Lourdes aan pastoor Delodder. Deze aanvaardt de gift in dank maar weet niet bepaald waar het beeld te plaatsen, gezien in de kerk alle plaatsen reeds bezet waren.
Hij spreekt erover met koster René Raes de hem aanraadt een kleine grot te laten maken aan de achterzijde binnen de kerk of nog beter, doe een grot bouwen tussen de pastorij en de kerk. Dat is natuurlijk gauw gezegd redeneert de pastoor, maar wie zal die grot bouwen? Na een korte aarzeling aanvaardt de koster deze opdracht.
Er gaat een hele tijd daaroverheen en voor de derde maal gaat de moeder vragen: wanneer wordt nu eindelijk met de werken begonnen? Maar de koster kan aan zijn onderneming niet beginnen daar hij niet beschikt over de nodige grondstoffen. Hij komt echter te weten dat grote brokken steenkool –as in de elektriciteitscentrale te Zwevegem te verkrijgen zijn. Een bezoek en een verzoek van de pastoor aldaar zijn voldoende om het gewenste te bekomen. De boeren brengen het ruwe materiaal naar Stasegem en de koster kan zijn taak aanvangen. Een kuil van 0,75m diepte wordt gegraven en daarin worden een kar gebroken flessen van de brouwerij gegoten. Deze worden met een dikke laag pap –cement overgoten. Alzo wordt een duurzaam fundament gevormd.
De grote klompen poreuze steenkoollaag laat de koster met cement doortrekken en hij legt ze vervolgens te drogen. Zo bekomt hij stevige, onregelmatige en vormloze brokken waarmee hij de grot optrekt. Maandenlang is de koster daarmee bezig. Alle avonden en ieder zaterdagnamiddag kan men hem aan het werk zien. Zijn alaam bestaat uit een truweel en een hamer. Zijn vingers zijn omwonden daar zij door cement zijn open gevreten.
Op Sinksenavond 1930 begonnen eindigt hij op 14 augustus. Daags nadien wordt de grot feestelijk ingehuldigd.
De grot is ondertussen ( wat door sommigen werd gevreesd) niet in stukken gevallen. Nog altijd staat zij daar en trotseert regen, sneeuw en vorst.
Jammer dat het oorspronkelijke Mariabeeld voor enkele tijd werd gestolen, maar een kleiner maar eveneens mooi beeld werd in de plaats gezet.
Stasegem mag fier zijn op haar Lourdes –grot en een “dank u” zeggen aan ontwerper – uitvoerder koster René Raes.
http://home.scarlet.be/~gdierync/Lourdeswebsite/lourdesgrotten/stasegem.htm
Foto’s Bedo
aangevuld op 1/3/11
LikeLike